maart 2004
Raad van State deed uitspraak over geheim gehouden notulen m.b.t. “Het Gebaar”.



Dit behaalde succes is mede tot stand kunnen komen door toedoen van de Stichting Vervolgingsslachtoffers Jappenkamp te Amstelveen (NL), die in belangrijke mate bijgedragen heeft aan de advocaatkosten voor de twee gevoerde juridische procedures bij de Haagse Rechtbank en de Raad van State.
Bob Klaij werd bijgestaan door advocatenkantoor “Fort Advocaten” te Amsterdam, die deze juridische procedure deskundig begeleid heeft.

Aanleiding tot het opvragen van de notulen was het slechte resultaat dat het Indisch Platform (het I.P.), als “de vermeende belangenbehartiger” van de Indische gemeenschap, heeft bewerkstelligd. Het I.P. is niet meer dan een “praatgroep”, die destijds door Premier Lubbers is aangesteld; het is geen rechtspersoon, het is niet langs democratische weg gekozen, en het is ook niet in het bezit van een machtiging om de belangen van de Nederlanders uit het vroegere Nederlands - IndiÎ te behartigen. Niettemin heeft het I.P. dit onder leiding van Brigade – Generaal tit. b.d. R. Boekholt toch gedaan, zonder dat het de juridische bevoegdheid daartoe had.

Amateuristisch I.P.
De regering kan worden verweten dat zij, onder aanvoering van Minister Borst-Eilers, het I.P. als volwaarding onderhandelingsparner heeft geaccepteerd. Als gevolg van naÔviteit, een kennelijke mate van zelfoverschatting en onvoldoende zelfkennis heeft het I.P. nagelaten een bekwaam jurist aan te stellen voor het begeleiden van de onderhandelingen. Bovendien blijken er door het I.P. geen aantekeningen of verslagen te zijn gemaakt van het besprokene. De onderhandelingsdelegatie van het I.P. vond dit kennelijk niet nodig, terwijl het in feite om zeer grote belangen ging. Typerend was ook dat de achterban nooit voldoende werd geinformeerd. Dit onder het volkomen laakbare voorwendsel dat “een broedende kip vooral niet gestoord mag worden“, aldus de verklaring van een van de onderhandelaars van het I.P.

Meerderheid buitenkampers in I.P.
Aanvankelijk werd door de Nederlandse regering 250 miljoen gulden aan de kampslachtoffers toegekend. Dit werd door het I.P. afgewezen, met verwijzing naar de mensen, die buiten de kampen waren gebleven. En daarvan evenzeer slachtoffer zijn geworden. Begrijpelijk, want het I.P. bestaat voor het merendeel uit organisaties voor mensen die buiten de kampen zijn gebleven. Daarop heeft de Nederlandse regering besloten om aan alle mensen met de Nederlandse nationaliteit, die de Japanse bezetting in IndiÎ hadden meegemaakt, een betaling te doen. De regering was echter niet van zins het bedrag te verhogen, en zag de investering in collectieve projecten als een aanvaardbare oplossing. Het I.P. bleek dat een goed idee te vinden, maar o.a. via het Internet kwamen heftige protesten binnen. Daardoor werd het idee spoedig verlaten. De Indische Gemeenschap gaf de voorkeur aan een individuele uitkering voor allen, die de oorlog in Indie hadden meegemaakt.
Alhoewel de groep als gevolg daarvan drie maal zo groot werd, was de Minister alleen maar bereid om het uit te keren bedrag met slechts 100 miljoen gulden te verhogen. Het is werkelijk onbegrijpelijk dat het I.P. bereid was, om die marginale verhoging te accepteren, terwijl die verhoging 500 miljoen had moeten zijn! De kampslachtoffers kregen dientengevolge minder dan de helft van het oorspronkelijk voor hen bestemde, en door Premier Kok reeds aangekondigde bedrag. Dit als gevolg van een falend I.P. dat zich dat kennelijk niet heeft gerealiseerd. Geen akkoord zou beter geweest zijn dan een dergelijk verwerpelijk slecht akkoord, dat de gevoelens van de groep kampslachtoffers, die meer dan een halve eeuw lang onrecht is aangedaan, opnieuw en onnodig gekwetst heeft!

Reisje Indonesie
Wonderlijk ook, wanneer dan uit de geheime notulen blijkt, dat het I.P. aanvankelijk ingezet had op een totale compensatie van 1 miljard gulden, vervolgens een lager bedrag noemde voor een individuele uitkering van 7500 gulden per persoon, om te eindigen met de suggestie dat de kosten voor een reis naar Indonesie ook in dankbaarheid zou worden aanvaard. Dus ging men tenslotte akkoord met een armzalig “Gebaar” van ca. 4000 gulden per op 9 december 2000 in leven zijnd persoon, zonder verervingmogelijkheid. In dezelfde tijd werden de Joodse en Zigeuner gemeenschappen, als slachtoffers van de Nazi Duitse bezetting op een veel royalere wijze gecompenseerd, waarbij zelfs in een verervingsregeling was voorzien. Daarbij dient te worden opgemerkt, dat de slachtoffers van de Nazi’s in de jaren ’50 en ’60 door de Wet Op de Materiele Oorlogsschade (1950), en de “Wiedergutmachung” betaald door Duitsland, reeds uitgebreid waren gecompenseerd.

Grondslag
Een vergelijkbare compensatie was kennelijk wat het I.P. in een later stadium ook van de regering verwachtte. Uit deze verwachting ontstond verwarring over de grondslag ven Het Gebaar. Voor het I.P. was het bedrag van ca 4000 gulden slechts een tegemoetkoming voor de ‘kille ontvangst’ voor alle mensen die tussen 1946 en 1968 naar Nederland waren gekomen. VWS had er echter nog aan toegevoegd dat het hier ging om “een finale genoegdoening voor vermoedelijke tekortkomingen in de naoorlogse schadeloosstelling”.

Belangen geschonden
Door het accepteren van de voorwaarden van de regering, is het I.P. volstrekt buiten haar boekje gegaan. Bijgevolg werden de belangen van met name de Nederlandse Jappenkampslachtoffers in hoge mate geschaad.
Ook de Nederlandse regering kan in deze kwestie haar handen niet in onschuld wassen. Afgezien van het verborgen willen houden van de notulen, is dit het zoveelste bewijs van een al meer dan 50 jaar durend proces van onzorgvuldigheid, onwetendheid, desinteresse en wellicht onbehoorlijk bestuur.
Nederland kan een voorbeeld nemen aan de andere geallieerde landen. Zij hebben wel de aansprakelijkheid genomen voor hun kampslachtoffers. In 2001 hebben Groot Brittannie en de Gemenebestlanden hun overlevenden en nabestaanden een compensatie van bijna 20.000 euro per persoon uitbetaald.

Stichting Vervolgingsslachtoffers Jappenkamp is in 2001 speciaal opgericht om de belangen van de slachtoffers van de Jappenkampen te behartigen. Het spreekt vanzelf dat dit succes van SVJ in haar strijd voor een finale rechtvaardige compensatie een stimulans moet zijn om u aan te sluiten, en SVJ financieel te ondersteunen.

w.g. Ir A.E.Klaij
bereikbaar via e-mail: info@svjappenkamp.nl